Bestaat uit bruingrijze tot zwarte bitumineuze kleistenen (Clay Deep Laagpakket). Ten zuiden van blokken F11/F12 veranderd de kleur in olijfgroen tot grijsbruin en worden de kleien siltiger tot zeer fijnzandig en minder bitumineus (Schill Grund Laagpakket).
Bekkencirculatie stagneerde in het meest noordelijke deel van het bekken. Dit resulteerde in dysoxische tot anoxische bekkenbodem condities en in de afzetting en behoud van bitumineuze kleistenen. Richting het zuiden kwamen relatief ondiepere, open mariene condities voor met (nagenoeg) normale bekkenbodemcirculatie. Over het algemeen zijn de kleistenen hier siltiger of fijnzandiger en slechts zwak bitumineus.
In de noordelijke deel van de Centrale Slenk ligt het discordant op de Scruff Groenzand of Kimmeridge Klei formaties. Kan vingervormig inelkaar grijpen met de Scruff Groenzand Formatie. De bitumineuze kleistenen hebben op boorgatmetingen een minder gepiekt patroon en hogere waarden op de gamma-ray en weerstandslogs dan de onderliggende Kimmeridge Klei Formatie. Concordante grens met de glauconiethoudende Scruff Groenzand Formatie in het zuidelijk deel van de Centrale Slenk en het Terschelling Bekken.
Komt overeen met de Berriasien-Valanginien grens. Het is geassocieerd met de Laat Kimmerische discordantie ('Late Kimmerian unconformity'). De formatie wordt discordant bedekt door de Rijnland, Krijtkalk of Onder-Noordzee groepen.