Grijsgroene, ondiep mariene, fijnkorrelige zandstenen die vaak sterk gebioturbeerd zijn. Glauconietgehalte is doorgaans hoog en lokaal komen aan de basis van de opeenvolging veelvuldig sponsnaalden voor. De zandstenen kunnen zwak kleiig zijn en/of kalkhoudend.
Vooroever tot offshore milieu.
De ondergrens met de Formatie van Skylge wordt gekenmerkt door een toename in gamma-ray waarden, veroorzaakt door een naar beneden toe afnemend kleigehalte. Het voorkomen van sponsnaalden aan de basis van de Scruff Groenzand Formatie kan plaatselijk als additioneel criterium gebruikt worden om de grens vast te stellen. De Scruff Groenzand Formatie / Formatie van Skylge grens valt samen met de Sequentie 2 / Sequentie 3 grens sensu Abbink et al. (2006).
Doorgaans concordant bedekt door de Formatie van Lutine. Het contact is diachroon. In het meest noordelijke deel van de Centrale Slenk is de basis van de Formatie van Lutine ouder. De bovengrens is gekenmerkt door een algemene toename in gamma-ray log waarden. In het zuidelijke deel van de Centrale Noordzee Slenk, kan er lokaal een discordante bovengrens zijn met de Vlieland Kleisteen Formatie (Rijnland Groep).