Donkergrijze, groene en bruine, zwak kalkhoudende kleien. Bevat een inschakeling van een glauconiethoudend zand- tot zandsteenlichaam wat distaal (noord en noordwest) overgaat in een mergelige eenheid. Het onderste deel van de formatie wordt gekenmerkt door tufachtige kleien en silten en is fijnkorrelig (63-210 µm) zandig in een in proximale positie (midden en zuiden van Nederland).
Mariene afzettingen, met een transgressief basaal deel (reikt tot ten zuiden van Parijs). Voornamelijk binnen- tot buiten-neritisch. Maximale waterdiepte is 200 m. Het Zand van Brussel Laagpakket is waarschijnlijk onder estuariene omstandigheden afgezet toen het Noordzeebekken nog in verbinding stond met het Bekken van Parijs (Houthuys, 1990). Mogelijk continentaal milieu in het zuidwesten van Nederland.
De ondergrens wordt doorgaans gekenmerkt door een scherpe overgang van de klei van het Laagpakket van Liessel naar de zandige of tufachtige basis van de Formatie van Dongen. Het contact is concordant tot licht discordant. In zuidelijk Nederland, waar de onderliggende Formatie van Landen een regressieve zandige top heeft, is de grens minder duidelijk. In het meest oostelijke deel van de Gelderland en Overijssel ligt de formatie discordant over Mezozoïsche afzettingen.
In gebieden waar de opeenvolging nagenoeg compleet is, wordt de bovengrens doorgaans gemarkeerd door een duidelijke overgang van het kleiige deel van de top van de formatie naar het er concordant bovenliggende zand van het Laagpakket van Berg (Rupel Formatie). Rondom het geërodeerde ‘Southern Early Tertiary High’, en de uitbreiding daarvan in noordwestelijke richting in Noordzee, bestaat een discordant contact met de bovenliggende formaties. Plaatselijk kan de klei afwezig zijn aan de top van de eenheid en wordt kalkhoudend zand bedekt door licht kalkhoudend of kalkloos zand van de Rupel Formatie. In de gebieden waar het Laagpakket van Berg afwezig is, rust het Laagpakket van Boom direct op de klei van de Formatie van Dongen. In dit geval kan het vaststellen van de grens op lithologische gronden lastig zijn. Echter, op boorgatmetingen heeft het Laagpakket van Boom een wat hogere gamma-ray uitslag dan de klei van de Onder-Noordzee Groep. Biostratigrafische analyses worden dan vaak gebruikt om de grens te verifiëren.